Wederom een vliegtuigcrash in de Zeister weilanden
In de vroege ochtend van 22 juni 1943 werden bewoners van Zeist en Bunnik opnieuw opgeschrikt. Voor de tweede keer in nog geen zes weken tijd stortte een grote Geallieerde bommenwerper neer in de weilanden aan de rand van de gemeente. Ditmaal was het een Halifax Mk II met de codenaam EQ-E, gevlogen door een bemanning van het Canadese 408 “Goose“ squadron. Met een klap aan het eind van de Kouwenhovenscelaan, vlakbij boerderij de Niënhof van het landgoed, veranderde de viermotorige bommenwerper in een vuurbal en kwamen alle 7 inzittenden om. Net als de neergeschoten Wellington een maand eerder was het Hauptman Frank, een Duitse aas, die de dader was. En net als vorige keer was het rond 02.30.
1943: Een zomer vol oorlog
De zomer van 1943 was voor bewoners van Zeist en Bunnik allesbehalve rustig. De oorlog was op zijn hevigst. Hoewel Duitsland het initiatief op het Oostfront (Stalingrad) en Noord-Afrika had verloren en geallieerde troepen zich klaarmaakten voor een invasie via Italië (Sicilië in juli 1943), leek de bevrijding voor Nederland nog ver weg. De bonnen regeerden het dagelijks leven, het verzet won aan kracht, maar de Duitse tegenmaatregelen waren hard en genadeloos. Ook in de lucht woedde de strijd. De bombardementen op Duitse steden waren dag en nacht gaande. En over zomer gesproken: op 21 juni 1943 had het nog flink geregend in Zeist en bleef het gemiddeld 15-20 graden. De dag erna, de 22e juni, was de temperatuur hetzelfde en bleef het de hele nacht droog.

De tweede crash in paar weken tijd voor Zeist en Bunnik
De klap in de vroege morgen van de 22e waarbij de Halifax neerkwam was de tweede grote vliegtuigcrash die zomer. Eerder al, In de nacht van 12 op 13 mei 1943 werd Zeist (en Bunnik) opgeschrikt door een brandende tweemotorige bommenwerper: De Wellington HE423 AL-O van pilot Geale. Alle vijf bemanningsleden van het RCAF 429 squadron kwamen om toen zij crashten in de weilanden bij de Kouwenhovenschelaan tussen Zeist en Bunnik. De dader: een Duitse aas genaamd Hauptman Hans-Dieter Frank van het 2./NJG1 (Nachtjagdgeschwader). Over deze crash een andere keer meer, maar onthoudt die Hpm. Frank.
Die Halifax EQ-E DT772 en hoe zij in Zeist kwam
De bommenwerper in kwestie was een Handley Page Halifax Mk II, met registratienummer DT772 en squadroncode EQ-E, onderdeel van het Canadese 408 squadron (RCAF).
De betreffende Halifax van de crash was uitgerust met prachtige Merlin XX/22-motoren werd op 5 februari 1943 in gebruik genomen door het 405 Squadron op Beaulieu. Slechts zeven dagen later, op 12 februari 1943, werd het overgedragen aan het 408 Squadron op RAF basis Leeming ten noorden van Leeds (UK).
Op 10 maart 1943 raakte de DT772 beschadigd op Boscombe Down na een botsing met een Boston BZ201. De reparaties werden ter plaatse uitgevoerd, en op 14 april 1943 keerde het toestel terug naar het RCAF 408 squadron. Op 24 mei 1943 liep de Halifax lichte schade op door luchtafweergeschut tijdens een missie, waarna opnieuw ter plaatse reparaties volgden.
Tijdens zijn dienst bij het RCAF 408 Squadron, met de code “EQ-E”, nam de DT772 en haar crew deel aan verschillende operaties. Op 13/14 mei 1943 voerde het een bombardement uit op Bochum en werd daarbij aangevallen door een Messerschmitt Bf 109. Later, op 29/30 mei 1943, bombardeerde het Wuppertal en werd opnieuw aangevallen door een Bf 109.
De missie van die nacht: Van RAF Leeming naar Krefeld naar Zeist
De missie van die nacht van 20 op 21 juni 1943 : een grootschalig bombardement op het industriestadje Krefeld, net over de Duitse grens. Meer dan 700 toestellen werden ingezet om niet alleen de industrie te treffen maar ook de Duitse bevolking te demoraliseren, iets waar later veel kritiek op kwam.
Het bombardement was zwaar: meer dan duizend doden, de helft van de inwoners dakloos. Maar de Duitse nachtjagers, toen nog in het voordeel en geleid door radarposten en radiopieken, sloegen ook hard terug. Die nacht gingen 67 geallieerde toestellen verloren, waarvan 44 boven Nederland.
Het RCAF 408 squadron was betrokken bij deze missie. Zij vlogen vanaf RAF basis Leeming (40 mijl boven Leeds) met Halifax II viermotorige bommenwerpers. Net iets ouder en minder bommenlast dan de ‘posterboy’ van de RAF, de Avro Lancaster, maar toch vrij geliefd bij de bemanningen. Toestel EQ-E DT772 onder leiding van piloot Denis Blum (een Franse Jood uit Marseille die naar Quebec, Canada gevlucht was en zich bij de RCAF aansloot) en een overwegend of volledig Canadees-Frans sprekende medebemanning. Vanaf Krefeld vlogen zij weer terug naar Engeland en kwamen over Zeist.
Radarpost “Gorilla” onder Utrecht slaat alarm
De Duitse nachtjagers hadden hun radar volle bak draaien en de luisterpost genaamd Gorilla, op de Overheicopseweg bij Schoonrewoerd (tussen Utrecht en Leerdam) pikte onze Halifax op en gaf het door aan de jachtleiding van de Luftwaffe (die nota bene in Zeist zat! Bij de Breul en bunker Casar naast het station Driebergen-Zeist). Het radarstation bestaat uit twee Würzburg-Riese-radars met een bereik van 60 – 80 kilometer voor het opsporen van vliegtuigen en 50 – 60 kilometer voor het vaststellen van de vliegrichting, snelheid en hoogte van het vliegtuig.
En wie was het die er op af ging? Juist… wederom Hauptman Hans Dieter Frank. Hij was het die op ongeveer hetzelfde tijdstip als de vorige keer (02.25) het vliegtuig van piloot Blum spot en neerschiet boven Zeist. De enorme Halifax crashte tussen Zeist en Bunnik en wel aan het eind van de Kouwenhovenschelaan nabij boerderij De Niënhof van het gelijknamige landgoed. Het betreft de weilanden tussen Zeist en Bunnik waar menig Zeistenaar dikwijls over de Koelaan langs rijdt.
Alle zeven bemanningsleden kwamen direct om. Er was wat verwarring bij de Luchtbescherming en de Politie van Zeist valt in de meldingen te lezen aangezien het op het randje van de gemeentegrens gebeurd was, nabij Bunnik. Deze tragische gebeurtenis markeerde het einde van zowel de bemanning als de Halifax DT772 zelf, die in haar korte diensttijd als RCAF toestel 134 uur en 35 minuten had gevlogen.

Hierboven zie je een uitsnede uit het Operations Record Book (ORB) van 408 squadron.
This aircraft took off from this base at 23.40 hours for bombing operations over Krefeld, Germany; but unfortunately, nothing has been heard from either the crew nor the aircraft since take-off time. This aircraft was due to return to this base at 04.35 hours. Therefore it must be presumed missing. Hereunder are listed the names of the members of the crew along with their operational trips and hours.
Wie waren de bemanningsleden van de Halifax die in Zeist neerkwam?
De Halifax werd gevlogen door P/O Denis Blum, een Franse Jood uit Marseille van de FAFL die naar Quebec was gevlucht en zich aansloot bij de RCAF. Hij vloog onder de naam Denis Brooke, uit angst voor herkenning bij een eventuele crash. Blum was een Duitse naam die interesse kon wekken.
De rest van de bemanning:
- F/Sgt. Cecil Lester Sebelius, R/94570 RCAF – boordwerktuigkundige (een meer in Northern Saskatchewan, Canada werd postuum naar hem vernoemd. Lake Sebelius!),
- P/O George Edward Bisheff, J/18162 RCAF – navigator en voorzitter van de studentenraad op zijn Canadese middelbare school (Mimico High School),
- F/Sgt. James Clarence MacDonald, R/138932 RCAF. – bommenrichter,
- Sgt. Michael David Shakespeare, 1386247 RAF – radio-operator,
- F/Sgt. Joseph Rene Archambault, R/108014 RCAF – schutter (was al eerder gecrashed. Op 10 februari 1943, paar maanden eerder was hij onderdeel van een andere crew in een tweemotorige Wellington toen vlak na het opstijgen bij een navigatie-training beide motoren stopten en ze een crashlanding maakten.),
- F/Sgt. William Duncan Walsh, R/76467 RCAF – schutter.
Voor wie niet bekend is met militaire rangen: dit waren allemaal onderofficieren en dus bepaald geen broekies. Naast het persoonlijk verlies moet je beseffen dat zo’n Duitse nachtjager met een salvo een enorme bak ervaring van de geallieerden weghaalt. Dit is ook de reden dat aan het eind van de oorlog 50% van de geallieerde bemaningsleden uit (voormalig) vrijwilliges van de RAF Volunteer Reserve (RAFVR) bestond. Het was niet bij te benen.
Impact op de grond
Ik moet nog door de rapporten heen, maar heb al wel dit:
2.30 uur
PolitieRAPPORT ZEIST
Omstreeks 2 uur 25 viel het luchtafweergeschut in de omgeving aan. Aan de Commandopost Luchtbeschermingsdienst dat het vliegtuig dat neerstortte in BUNNIK was neergekomen; patrouilerende dienstwagens rapporteerden echter dat dit niet juist was, daar het vliegtuig op Zeister grondgebied was neergekomen nabij boerderij DE NIËNHOFF aan het eind van de KOUWENHOVENSCHELAAN. Eveneens werd gemeld dat het toestel volledig brandde.
5.40 uur
Vliegtuig neergekomen aan eind Kouwenhovenschelaan. Langer onderzoek wees uit, dat er 6 lijken, wat van 4 verbranden. Feldgendamerie uit Utrecht inmiddels ter plaatse gekomen. Evenals plv. Ortscommandant met den Feldwebel Holst. In afwachting van overkomst van het bewakingscommando hebben wij voor vlaggen daar ter plaatse gezorgd, waarin het toestel door ons bewaakt i.v.m. brand.
Verslag achteraf
“Vliegtuig neergestort op een weiland gelegen tussen de Koelaan en de Kouwenhovenschelaan in de gemeente Zeist, nabij de grens tussen Zeist en Bunnik.
Het vliegtuig was zo goed als geheel vernield en vormde één brandend geheel”
Jean de Greeff (1939, geboren in het koetshuis van landgoed De Niënhoff) en later jachtopziener op het landgoed heeft er nog een herinnering aan over periode na de crash. Hij was toen een jongetje op de basisschool en dit soort dingen maakten natuurlijk impact. In een interview geeft hij aan over dit geval:
“Er is nog een vliegtuig naar beneden geschoten, dat lang naast het huis heeft gelegen”.
Jean de Greeff (De Niënhof)
Hauptman Frank: aas-in-een-nacht
Toch nog even over die verrekte Duitser. Hans-Dieter Frank zou een succesvolle nacht hebben. Zijn basis was Gilze-Rijen. Hij vloog sinds voorjaar 1941 en was al lang een aas (ace). De teller stond al op 34 kills en vanaf 5 word je een aas genoemd. Die avond in juni zou hij er maar liefst zes neerschieten en zo ook nog eens aas-in-een-dag als titel erbij krijgen. Om 02.24 de Halifax boven Zeist en nog geen 6 minuten later, om 02.30 een squadrongenoot van ‘onze’ Halifax EQ-E, de Halifax EQ-T (BB375) van piloot Reichert even verderop. Van die crew wisten twee bemanningsleden het te overleven. Op de plek van de crash in Jaarsveld (Lopik) staat een prachtig monument.
De 6 kills van Hauptman Frank alleen al (5x Halifax a 5 crewleden en een Lancaster a 7 crewleden) betreft al 32 jongemannen. De getallen zijn gewoon duizelingwekkend in de luchtoorlog.
Hauptman Frank vloog uiteindelijk 328 missies, schoot 55 geallieerde vliegtuigen neer en kwam zelf gruwelijk aan zijn einde. In september 1943, na een mislukte missie, werd zijn Heinkel He 219 Uhu beschoten bij de landing door RAF ace Bob Braham. In de chaotische poging tot landen botste Frank tegen een ander landend Duits toestel. Hij gebruikte de schietstoel, een noviteit in die tijd, maar vergat zijn radiosnoer los te koppelen. Hij lande keurig met zijn schietstoel, maar werd gewurgd door het snoer. Een bizarre ironie na zijn dodelijke precisie in de lucht. Hij had het dus kunnen overleven, maar maakte een kapitale blunder die hem alsnog zijn leven kostte. Zijn mede bemanningsleden wisten niet te springen en kwamen ook om.
Verhalen gezocht: wie weer er meer?
Zoals vaste volgers weten werk ik aan een hele serie onderzoeken (75 en meer!) over de Luchtoorlog boven Zeist. Zo heb ik verleden jaar de crash van Lancaster KB734 VR-F onderzocht en resulteerde dit in een prachtig herdenking in aanwezigheid van nabestaanden. Komende tijden ga ik met deze Halifax en de Wellington die in dezelfde zomer van 1943 vlak bij elkaar neergeschoten zijn door Hauptman Frank aan de slag. Ik kan alle input gebruiken. Veel is al in mijn bezit maar een enkele anekdote, foto of zin kan al bruikbaar zijn. Schroom dus niet mij te contacten. Mogelijk zijn er nog (oud) Zeistenaren of mensen uit Bunnik die dit uit de overlevering of als kind meegemaakt hebben. Tips zijn welkom!
Links
- artikel over die andere Halifax EQ-T van 408 squadon(PDF)
- Nog een artikel over Halifax EQ-T
- Een Fransman heeft ooit (toevallig) precies de EQ-E nagemaakt. Prachtig! Zie laatste pagina’s
- Artikel van de scoutinggroep genoemd naar Reichert van die Halifax EQ-T
- Interview met Jean de Greeff, kind op de Niënhof in die tijd
Afbeeldingen
Heb nog veel meer maar dit zijn wat eerste. Alle toestellen beginnend met EQ zijn dus squadrongenoten van onze crew.












